Goed hout stoken

Met goed hout stoken bereikt u het volgende: 

  • De houtkachel zal zo min mogelijk slijten. En in andere woorden betekend dat dat de vlamplaat, vuurvaste bekleding, en pakkingen een langere levensduur hebben.
  • Het hout dat wordt verbrand (<15 % vocht) geeft de hoogste verbrandingswaarde. Uiteraard zal nuttig van het rendement van de haard (bijv. 80 % rendement van de haard) overblijven. 100 % min 20 % aan verliezen. Voorbeeld:  Eikenhout geeft per kg 4,2 KW aan warmte. Dit geeft bij 80 % rendement 0,84 % aan verliezen, overblijft 3,36 KW/kg aan warmte maximaal.
  • Hout zal uiteindelijk tot poeder-as overgaan of na pletten zich gaan vormen tot plaatjes minerale as. Laatste zal minder fijnstof veroorzaken.  
  • Als u in het stookseizoen twee blokken tot drie blokken hout met een dikte van 5-7 cm in de haard stookt, dan haalt u met gemak de kamertemperatuur van 20°C. (Uiteraard ervan uitgaande dat het vermogen van de haard afgestemd is op de ruimte). 
  • U bereikt minimale uitstoot verschijnselen. In andere woorden minimale fijnstof, stank, rook en waterdamp.  
  • Uiteindelijk zal in de schoorsteen droge roetstof over blijven, dat zich gemakkelijk laat verwijderen bij het vegen van de schoorsteen. 

Correct hout-stoken hangt van de discipline af die u erin steekt. (High 5)

  1. Zorg voor aanmaakhoutjes 1,5 cm dik 10 cm lang en 1,5 dik en ±20 cm lang.
  2. Maak het gekloofde hout niet dikker dan 7 cm en lengte ±30 cm.
  3. Gebruik aanmaakrollen van geperst hout met was of blokje bruin. (geen witte)
  4. Zorg ook voor een aantal aanmaak houtjes van 3-4 cm met een lengte van ±30 cm.
  5. Stookhout bestaat uit max. 7 cm dik hout met elk gewenste lengte. Hiervan dient u een dubbele voorraad te hebben die gebaseerd is op twee stookseizoenen.

Wat is nu belangrijk bij het aansteken van de haard:

  1. Dat u alle luchtopeningen heeft opengezet, primair, secundair, tertiair en eventueel de ruitbeluchting.
  2. Leg de voorgeschreven hoeveelheid aanmaakhout en opstookhout in de haard.
  3. Steek de aansteekrollen of blokjes aan. 
  4. Begin met de deur op een kier te zetten. Na een kwartier kan deze al dicht.
  5. Na een half uur kunt u de primaire lucht hoeveelheid minderen naar de halve stand.

Bij droog vriezend weer ziet u alleen waterdamp uit de schoorsteen komen. Kijk maar eens buiten. 

  1. Na 1 a 2 houtladingen zal de haard op temperatuur zijn.

Met het bovenstaande houtvoorraad (High 5) krijgt u elke houtkachel perfect op temperatuur via de bekende Zwitserse aansteekmethode of als u een rooster van Winox gebruikt met de bottom-up methode zonder rookverschijnselen. 

Wanneer is nu uw houtkachel op temperatuur.

  1. Dit kunt u zien aan de verbrandingskamer die is geheel grijs of wit geworden.
  2. De haard geeft de volle warmte af van de blokken hout die geplaatst zijn. En er zijn overgebleven stukken houtkool te zien, die nagloeien in de haard als deze zijn uitgebrand.
  3. De uitlaattemperatuur heeft een standaard waarde van 150 – 200°C bereikt.

Hoger is te heet en zal uw haard sneller laten slijten, lager is te koud en geeft creosoot in de  

schoorsteen. De vlammen dienen geel of wit/geel te kleuren. 

  1. De ruit zal helder blijven bij het stoken van droog hout met een percentage dat minder dan 15 % vocht bevat.
  2. Bij natter hout zal de ruit bruin beslaan met creosoot of wordt zwart.
  3. Uit de schoorsteen komt alleen doorzichtige uitlaatgassen. Kijk daarvoor ook eens buiten. 

Wanneer moet ik hout bijleggen. (niet gooien, dit maakt de bekleding stuk)

Bijleggen kan na 10 – 15 minuten als de vlam uit is.  Dit spaart hout en voorkomt dat u hout oplegd op het moment dat de haard het heetst is. (Hiermee verlengt u de levensduur van slijtagedelen de haard zie ook hierboven)

Twee a drie blokken hout stoken duurt in de regel 30 – 45 minuten.  Tip: Onthoud een cijfer op de klok, zodat je weet wanneer je kunt bijleggen. 

Met een Winox rooster kunt u gemakkelijker het hout voorwarmen en weer aansteken. Leer uzelf zo te stoken dat u de gewenste kamertemperatuur weet te halen, handig is een thermometer op de haard en schoorsteenpijp en de waarde van de CV thermostaat af te lezen. 

En het warm houden. Hoe!? Dat ligt mede aan de isolatiegraad van de ruimte, de warmtecapaciteit van de ruimte en de buffercapaciteit van z’n vloer, wanden en haard. Laatste accumulerend bespaart veel hout, en kunt u de stooksessie veranderen in 2 keer stoken/dag of 1 keer/dag. 

Veel stookplezier 

kachel